Nederlands schilder (Kortrijk 1576 - Utrecht 25 Febr. 1639), was waarschijnlijk een leerling van zijn broer Jacob Savery, die te Amsterdam leerling van Hans Bol was geweest. Daar kwam Roelandt reeds vóór 1600 als Protestants vluchteling.
Hij onderging ook de invloed van G. v. Coninxloo. Hij werkte in diens gedetailleerde trant. Zijn landschappen waren aanvankelijk ook opgebouwd uit drie gekleurde zones achter elkaar: bruin, groen en een blauwe verte. In 1604 ging hij naar Praag, vervolgens bezocht hij de Alpen en Tirol, waar hij veel schetsen maakte, en in 1613 was hij te Amsterdam terug. Hij was vervolgens nog te Wenen en was in 1619 meester te Utrecht.
Zijn landschappen stoffeerde hij veelal met mythologische en Bijbelse taferelen en vooral met dieren. Bovendien legde hij zich toe op bloemstukken met vogels en insecten.Lit.: K. Erasmus, R. S., diss. Halle (1908).