Spaanse kolonie in het N.W. van Afrika met een kustlijn van ca 1200 km, groot 263.400 km2, telt (1950) 37.000 inw. Na het regenseizoen wordt de bevolking gedurende enkele maanden met ruim 30.000 nomaden vermeerderd.
Het gebied wordt administratief verdeeld in de eigenlijke kolonie Rio de Oro (190.000 km2) en Sekia el Hamra in het N. Soms rekent men ook tot Rio de Oro de door Marokkaans gebied omsloten enclave Ifni (1920 km2, 43.000 inw. in 1950) op ca 100 km ten N. van de noordgrens van Rio de Oro aan de Atlantische Oceaan gelegen. Het gebied bestaat vnl. uit woestijn en rotsen van de Sahara. Het klimaat is droog en heet. De bevolking omvat Berbers en nomadische Arabieren. Geproduceerd en in geringe mate ook uitgevoerd worden dadels, vis, gom en wol. Hoofdplaats is Villa Cisneros, waar een luchthaven is gevestigd.