naam van een choripetale 2-zaadlobbige plantenfamilie, nauw verwant met de Capparideeën*, met 60 soorten in Europa, Afrika, Californië en vooral het mediterrane gebied.
Het zijn meest kruiden met verspreide, al of niet ingesneden enkelvoudige of ook wel samengestelde bladeren met steunblaadjes en in trossen of aren staande zygomorphe 2-slachtige bloemen met 4-8 kelkbladen, 0-8 vaak ingesneden kroonbladen en, op een vooral naar achteren sterk ontwikkelde honingschijf of discus, 3-40 meeldraden en 2-6, meest tot aan hun top open, 1-hokkige vruchtbeginsels met wandstandige zaadlijsten en tot 1-veel zaadknoppen verbonden vruchtbladen, rijpend tot een doosvrucht met niervormige endospermloze zaden met een gekromde kiem. Met 50 soorten is het belangrijkste geslacht Reseda L. In Nederland vindt men hiervan 2 soorten: R. Luteola L. of Wouw, een meterhoge plant met smalle gave bladeren en bloempjes mef 4 kelk- en kroonbladen, die de gele kleurstof luteoline levert, en de half zo hoge, sterker vertakte R. lutea L., die dubbel veerdelige bladeren heeft en bloemen met 6 kelk- en kroonbladen, beide 2-jarige planten met geel- of groenachtige bloempjes met gespleten kroonblaadjes. Als sierplant gekweekt worden: de overblijvende R. alba L., met veerdelige bladeren en witte bloempjes, uit Zuid-Europa, en de zeer welriekende 1-jarige R. odorata L., met lancetvormige, gave tot 3-spletige bladeren en geelwitte bloemen, uit Noord-Afrika.
Reseda-olie
is een aetherische olie, die gewonnen wordt uit de bloemen van verschillende variëteiten van Reseda odorata L. uit de familie der Resedaceeën. De plant, die van Egyptische oorsprong is, wordt in de vlakten van Zuid-Frankrijk, vooral in de nabijheid van Grasse gekweekt. De bloemen worden van Mrt tot Juli geoogst; ze zijn wit van kleur met steenrode meeldraden en hebben een zoete en toch frisse geur. De winning heeft hoofdzakelijk door extractie met petroleumether plaats, waardoor men soms wel 0,26 pct concreet verkrijgt; hieruit kan men 30-50 pct absoluut verkrijgen. Bij winning door destillatie wordt de geur vernietigd, die zelfs bij winning door extractie aanzienlijk verandert. Het concreet is donkerbruin en heeft een zware geur, afwijkend van die der verse bloem.
Het belangrijkste bestanddeel is phenylethyl seneval, ook wel phenyl-ethyl-isothiocyanaat genoemd. Uit de wortels van de plant kan men door stoomdestillatie 0,014-0,035 pet aetherische olie winnen.
Lit.: Naves and Mazuyer, Natural Perfume Materials (New York 1947). p. 217-219.