Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

Pedro pablo abarca de bolea ARANDA

betekenis & definitie

graaf van, (Sietomo 1 Aug. 1719 - Epila 9 Jan. 1798), Spaans staatsman, heeft eerst als hoofdofficier het Spaanse leger naar Pruisisch model gereorganiseerd, was Spaans gezant in Polen, werd in 1764 kapitein-generaal van Valencia en Aragon, doch heeft vooral een grote rol gespeeld als voorzitter van de ministerraad van den hervormingsgezinden koning Karel III (1759-1788). In 1766 onderdrukte hij een opstand te Madrid, waarop de koning hem benoemde tot voorzitter van de Raad van Castilië en tot stadhouder-generaal in dit gewest, zodat de hoogste burgerlijke en militaire macht in zijn persoon waren verenigd.

Daarenboven werd hij in de gravenstand verheven. Het doel van al zijn pogingen was de opbeuring van Spanje uit zijn vervallen toestand. Hiertoe bestreed hij de kerkelijke misbruiken, beperkte de macht der geestelijkheid en nam tegenover Rome een vaste houding aan, vooral ging hij in tegen de geestelijke orde en speciaal die der Jezuïeten, wier verdrijving hij op 1 Apr. 1767 bewerkte. Voorts bevorderde hij kunsten en wetenschappen, waakte voor de veiligheid en zorgde in het algemeen voor het welzijn van het volk (z Spanje, geschiedenis). Zijn heerszuchtig karakter en zijn aanmatiging ook jegens den koning, gaven aan de geestelijkheid een goede aanleiding om hem ten val te brengen. De koning gaf toe, ontsloeg Aranda uit zijn belangrijke betrekkingen (1773) en zond hem als ambassadeur naar het Hof van Frankrijk.

Ook hier onderscheidde hij zich door zijn bekwaamheid en bracht in 1783 de vrede van Parijs gelukkig tot stand. In 1787 gaf hij zijn post op. Onder Karel IV (1788-1808) was hij nog eens voorzitter van de ministerraad (28 Febr. - 15 Nov. 1792), maar zijn sympathie voor de Franse republiek bezorgde hem de vijandschap van Godoy en op 14 Mrt 1794 moest hij zich terugtrekken.Aranda was een man van vaste wil en zeer sterke overtuiging, waarin hij geheel stond aan de zijde van Voltaire en de Franse Encyclopaedisten. Hij was grootmeester der Vrijmetselaars en vooral deze opvattingen bezorgden hem, naast zijn heftigheid, de vijandschap van zeer vele Spanjaarden.

DR H. A. ENNO VAN GELDER

Lit.: S. Moret y Prendergast, El conde de Aranda, in: Revista de Espana, LXI (1878); A. Morel-Fatio, Études sur l’Espagne, t. II (Paris 1890); Ballesteros y Beretta, Historia de Espana, t. VI (Barcelona 1934); F. Rousseau, Le règne de Charles III (Paris 1907, 2 t.); Danvila y Collado, Reinado de Carlos III, 6 vol. (Madrid 1892).

< >