noemt men in de wiskunde het verschil van twee gelijke grootheden, aan te duiden door het teken o. De invoering van dit begrip gaat tot de vroegste cultuurperioden terug en heeft die van het decimaalstelsel en (later) van de decimale breuken mogelijk gemaakt.
In de algebra gelden voor de nul de volgende regels: a ± o = a; a X 0 = 0; a° = 1. In elke ring komt — op grond van de definitie — een nul-element voor. Wanneer in een ring het product a.b van twee elementen a en b nul is, terwijl b ≠ 0, dan noemt men a een (linker) nuldeler en wel een echte nuldeler, alsook a ≠ o. In additief geschreven groepen stelt men de identiteit door o voor.Nuloplossing
van een homogene vergelijking noemt men de oplossing, die verkregen wordt door alle onbekenden of veranderlijken gelijk nul te stellen. Daar deze oplossing aan alle homogene vergelijkingen voldoet is men in de analytische meetkunde gewoon deze buiten rekening te laten.
Nulverwantschap
noemt men in de analytische meetkunde een involutorische correlatie, waarbij de correlatiecoëfficiënten een scheefsymmetrische determinant vormen. Door deze laatste eigenschap onderscheidt de nulverwantschap zich van de poolverwantschap, waarmede zij in vele opzichten analogie vertoont.