(Grieks: Mousaios [Moe-])
(1), parallelfiguur tot Orpheus, wiens leerling hij zou geweest zijn en wiens gedichten hij zou hebben opgetekend; hij en zijn zoon Eumolpos zijn nauw verbonden met de Eleusinische mysteriën. Er bestonden in de Oudheid een aantal religieuze liederen op zijn naam, verzameld door Onomakritos, die juist wegens een bepaalde vervalsing er van door Hipparchos uit Athene was verdreven.
(2), Grieks dichter uit de school van Nonnos, schrijver van het romantische epyllion Hero en Leander. Men heeft dit veel gelezen en herhaaldelijk uitgegeven gedicht in plaats van in de 5de eeuw n. Ghr. in de bloeitijd der Griekse literatuur willen plaatsen, ja zelfs heeft J. G. Scaliger de auteur met de Orphische ziener Musaeus geïdentificeerd.
Bibl.: Critische uitgave A. Ludwich (Bonn 1912), met Eng. vert. d. E. H. Blakeney (Oxford 1935).