Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

Maurice Auguste Eugène Charles Marie Ghislain LIPPENS

betekenis & definitie

graaf, Belgisch liberaal politicus (Gent 21 Aug. 1875), studeerde rechten en vestigde zich als advocaat bij het Hof van Beroep te Gent. In 1904 werd hij lid van de provincieraad.

Tijdens Wereldoorlog I kwam hij, als burgemeester van Moerbeke-Waas, in conflict met de bezetter en werd van Juni 1915 tot Nov. 1918 naar Duitsland gedeporteerd. Van 1919-1921 was hij gouverneur van Oost-Vlaanderen en van Jan. 1921 tot Jan. 1923 gouverneur-generaal van Belgisch-Kongo. In deze hoedanigheid bevorderde hij het verkeerswezen en legde hij zich toe op een herinrichting van het onderwijs. Op 5 Apr. 1925 werd hij senator voor het arrondissement Gent-Eeklo, trad op 22 Nov. 1927 als minister van Spoorwegen in het kabinet-Jaspar en werd, op 19 Oct. 1929, in hetzelfde kabinet, minister van Verkeerswezen. Van 22 Oct. 1932 tot 12 Juni 1934 beheerde hij het departement van Kunsten en Wetenschappen. Op 31 Juli 1934 benoemde de koning hem tot Minister van Staat. Van 13 Nov. 1934 tot 23 Apr. 1936 verkoos de Senaat hem bij herhaling tot voorzitter. Op 20 Mei 1936 werd hij, met de titel van graaf, in de adelstand verheven. Van 30 Juni 1936 tot 1939 maakte hij, als gecoöpteerd senator, deel uit van dit college. Als beheerder van talrijke, inzonderheid koloniale, vennootschappen, als stichter van de badstad Het Zoute, als bevorderaar van Kunst en Letteren, legde hij een uitzonderlijke bedrijvigheid aan de dag en zet hij de traditie voort van een oud Vlaams geslacht dat talrijke leidende bewindslieden aan het land heeft geschonken.

< >