Italiaans dichter en pionier van de strijd tegen het fascisme (1905 - in zee gestort bij Elba 3 Oct. 1931), was de zoon van de dichter Adolfo de Bosis, die vriend was van D’Annunzio en vertaler van Shelley en Whitman. Van jongs af met vrijheidsideeën vervuld, gaf Lauro de Bosis in zijn gedichten in „vers libre” {Icaro) uitdrukking aan het smachten naar verlossing van zijn land en aan zijn haat jegens het fascistisch regime.
Met zijn eigen vliegtuig op 3 Oct. 1931 opgestegen, liet hij boven Rome 400000 ex. van twee vlugschriften vallen, het ene het volk van Italië opwekkend zijn juk af te schudden, het andere bevattend een manifest aan de koning. Op de terugweg geraakte hij boven Elba in het vuur der hem vervolgende regeringsvliegtuigen en is blijkbaar met zijn toestel in zee gestort. Hij liet een testament na, waarin hij zei: „Ik ben overtuigd dat het fascisme slechts vernietigd kan worden door de opoffering van 20 jonge Italianen voor het aansporen van de geest van hun landgenoten”. Hij had te Oxford een uitnemende anthologievan de Italiaanse poëzie uitgegeven: The Golden Book of Italianpoetry.