(1) Boliviaans departement grenzend aan Peru, telt op 133.656 km2 (1947) 1 198 300 inw., merendeels van Indiaanse oorsprong. De Cordillera Real doorsnijdt het dep. van N.W. naar Z.O.
Westelijk La Paz omvat een deel van het gebied van het Titicaca Meer; veeteelt is het voornaamste middel van bestaan op deze onvruchtbare en onherbergzame hoogvlakte. Het ten O. van het gebergte gelegen deel (de Yungas) met gematigde tot tropische klimaten heeft in de hogere streken graanverbouw, groente- en vruchtenteelt; de lager gelegen streken leveren koffie, cacao, rijst, suikerriet, tabak, citrusvruchten en bananen. De bossen leveren rubber en kinabast. Tin en koper zijn de belangrijkste delfstoffen; goud, zilver, wolfram en bismuth worden mede gewonnen. Het wegennet is slecht; een uitzondering vormt de weg La Paz-Corocoro-kopermijnen.(2, = vrede; of La Paz de Ayacucho), hoofdstad van het gelijknamige departement en zetel van de Boliviaanse regering, telt 302 000 inw. De stad, op 72 km ten Z.O. van het Titicaca Meer en op 3694 m boven zee, ligt in het ca 16 km lange en ca 5 km brede, diep ingesneden en vruchtbare dal van de La Paz-rivier. De dalwanden rijzen tot 500 m boven de stad tot aan de rand van het Titicaca Meer-plateau. Het klimaat is koel (Koppen: B-klimaat: puna); de gem. jaartemp. bedraagt 10 gr. C., maar sneeuwval is zeldzaam. La Paz, zetel van een aartsbisschop, bezit een kathedraal, universiteit, museum enz. Er is industrie (textiel, meubels enz.) en handel. Spoorwegen verbinden de in 1548 gestichte stad met Arica, Antofagasta, Mollendo, Buenos Aires en de Yungas.