Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

KLARING

betekenis & definitie

is een oude naam voor appèl-gerechten, welke in de Middeleeuwen en onder het ancien régime bestonden in het Oversticht (Overijsel) en in de kwartieren van Gelderland. Voor deze gerechten werden twistgedingen in tweede instantie „geklaard”, d.i. tot klaarheid gebracht.

Van alle landrechtelijke gerechten stond beroep op de Klaring open; niet echter van die der grote steden. In Overijsel bestond de Klaring uit de ridders en knapen en uit de schepenen der 3 grote steden (Kampen, Zwolle en Deventer); zij werd voorgezeten door de landsheer (oudtijds de bisschop van Utrecht) of diens stadhouder en kwam tweemaal per jaar bijeen: in het voor- en in het najaar. De plaats van samenkomst was oorspronkelijk Spoelderberg, later Deventer. De Gelderse Klaringen vertoonden naast veel overeenkomst met de Overijselse vrij grote verschillen. De Klaring van het kwartier van Veluwe en Veluwezoom werd gehouden te Engelanderholt, die van het Zutphense kwartier te Doetinchem, die van de Overbetuwe op de Praest tegenover Arnhem. Voorzitter was steeds de landsheer of diens vertegenwoordiger; leden waren de ridders en knapen, meestal schepenen der belangrijkste steden. De opkomst van de Hoven van Justitie, vooral die van het Hof van Gelderland, heeft de rechtspraak der Klaringen zeer in belang doen afnemen en haar ten slotte geheel verdrongen. Een bijzonderheid in Overijsel was de Kamerklaring (in tegenstelling tot de bovenbedoelde zgn. gemene Klaring), waarmede de landsheer of zijn plaatsvervanger iedere 14 dagen op door hem geschikt geachte plaatsen terechtzat, hetzij met de ridderschap alleen, hetzij met ridders en knapen en stedelijke schepenen, hetzij met leenmannen, al naar de aard van de te berechten zaken.Lit.: S. J. Fockema Andreae, Bijdr. tot de Nederlandsche Rechtsgeschiedenis, IV (1900); Th. H. F. van Riemsdijk, Hooge Bank van het Veluwsche Landgericht te Engelanderholt (1874).

< >