Tsjechoslowaaks foneticus (Nov? Dvorek, Bohemen, 1871 - Praag 1939), studeerde taalkunde en experimentele fonetiek achtereenvolgens te Praag, Straatsburg, Berlijn en Parijs. Hier was hij gedurende vijf jaar assistent van Rousselot, de vader van de experimentele fonetiek.
In 1912 werd hij docent, in 1919 hoogleraar in de fonetiek aan de Praagse Universiteit. Als medewerker van de door Rousselot opgerichte tijdschriften La Parole en Revue de phonétique heeft Chlumsky geregeld al de nieuwe fonetische apparaten beschreven en besproken; hij leverde merkwaardige studies over Franse, Engelse en Tsjechische klanken.PROF. DR L. GROOTAERS
Bibl.: Une variété peu connue de 1’r linguale, lr tchèque (Rev. de phonétique, I, 1911, 33-67) ; Les consonnes anglaises comparées aux consonnes françaises (Trav. de la fac. des lettres de l’Univ., Charles de Prague, III, 1924) ; La mélodie des voyelles accentuées en tchèque avec une mention de l’état en serbe et en allemand (Slavia, IV, 1-25,1925); La quantité, la mélodie et l’accent d’intensité en tchèque (Tsjech, met Frans résumé: Handel. Tsjech. Acad., III, 1928); Quelques observations sur l’accent d’intensité, la mélodie et la quantité articulatoire et acoustique (Revue de phonétique, VI, 1929, 1-34); Radiographie des voyelles et des semi-voyelles françaises (Tsjechisch; Handel. Tsjech.
Acad., III, 1939).
