eigenlijk Johann August Suter, Amerikaans pionier (Kandern, Baden,23 ? Febr. 1803-Washington, D.C. 18 Juni 1880), was Zwitser, vestigde zich in 1834 in Missouri en trok in 1838 naar Californië, waar hij in Mexicaanse opdracht de 5900 km2 grote kolonie Nueva-Helvetia stichtte, ter plaatse van het huidige Sacramento. Een sterk fort, industrie en landbouw, handel en scheepvaart brachten hem tot grote macht - hij werd militair-gouverneur - en rijkdom.
Zijn onafhankelijkheid vervreemdde hem van de regering; anderzijds begunstigden de welvaart en gastvrijheid van zijn steeds groeiend gebied de Amerikaanse infiltratie. Sutter bood weinig tegenstand toen Frémont binnentrok (1846). Nadat Californië bij de V.S. was ingelijfd, werd er goud ontdekt (1848). De hieropvolgende rush desorganiseerde de nederzetting volkomen, een brand vernietigde bovendien Sutter’s eigendomsbewijzen. Het U.S. Supreme Court betwistte zijn aanspraken; in 1852 failleerde hij.Bibl.: New Helvetia Diary (1939); Statement regardine early Califomia Experiences, ed. with biography by A. R. Ottley (Sacramento 1943).
Lit.: T. J. Schoonover, The Life and Times of General J. A. S. (Sacramento 1907): B. Cendrars, L’Or (Paris 1925); S. Zweig, Die Entdeckung Eldorados, in: Stemstunden der Menschheit (Leipzig 1927); The Diary of.T. A. S. with introd. by D. S. Watson (1932); J. Dana, S. of California (1934): E. G. Gudde, S.’s own Story, the Life and the History of New Helvetia (1936); J. P. Zollinger, S., the Man and his Empire (Oxford 1939); M. K. E. Wilbur, J. S., Rascal and Adventurer (New York 1949). Drama: C. v. Arx, General Sutter (1929).