is een volksnaam voor verschillende plantengeslachten. De echte jasmijn behoort tot het geslacht Jasminium (fam. Olijfachtigen of Oleaceeën).
Het zijn óf kasplanten óf struiken, welke een warme standplaats bijv. tegen een zuidmuur verlangen.
Jasminium officiale (echte jasmijn) bloeit van Juli tot in de herfst met witte of gele heerlijk geurende bloemen van 3 cm doorsnede. Ze is afkomstig uit de Himalaja, is in Zuid-Europa verwilderd en is hier niet volkomen winterhard. Jasminium nudiflorum (naaktbloeiende jasmijn) bloeit in de herfst en winter met mooie goudgele bloempjes aan bladerloze vierkante, lichtgroene stengels. Ze is afkomstig uit China en is hier tamelijk winterhard. Jasminium fructicans (struikjasmijn) bloeit in Juni-Juli met prachtige gele bloemen aan het eind van de takken en is meer een bloeiheester. Jasminium Beesianum bloeit van Juni tot Aug. met bloedrode bloemen, is een struik uit West-China en verlangt hier een warme standplaats. Jasminium Sambae is een bekende bloemstruik uit Melatti (Indonesië), wordt gekweekt in vochtige warme kas en bloeit daar van het voorjaar tot de herfst. De bloemen zijn wit en geurend en staan met 3-5 aan het uiteinde van de scheuten.
Jasmijn heten ook bloeiheesters van het geslacht Philadelphus (fam. Steenbreekachtigen). Het zijn sterk geurende heesters voor de siertuin. Het meest aangeplant is Philadelphus coronarius (boerenjasmijn) die bloeit in Juni-Juli met grote, geelwitte bloemen aan het één jaar oude hout. Ze kan goed ingesnoeid worden. De zaden zijn giftig, vooral voor pluimvee. Bekende variëteiten zijn: grandiflorus met grote witte bloemen; Lemoinei Virginal eveneens met grote, witte bloemen aan lage heesters; Argentea marginata met zilverbonte bladeren, en aureo marginata met goudbonte bladeren.
De Kaapse Jasmijn is een groenblijvende heester, behorende tot het geslacht Gardenia van de fam. Sterbladigen (Rubiaceeën). De soort Gardenia florida is een heester voor de kas, heeft langwerpige eivormige, glanzende bladeren en bloeit in voor- en najaar met grote witte welriekende bloemen. Hier weinig meer gekweekt, in Amerika zeer populair voor corsages, vooral de variëteit flore pleno. De vruchten zijn de zgn. Chinese geelbessen.
