werd in 1891 opgericht door Karel Gustaaf Goedewaagen, die reeds sinds 1885 als commissionnair in effecten te Amsterdam was gevestigd. De bank ging zich bezighouden met het incasso- en discontobedrijf, met het verstrekken van voorschotten tegen cessie van handelsvorderingen (een toendertijd nieuwe credietvorm ten gerieve van de middenstand), met het verstrekken van andere handelscredieten en na 1897 ook met het effectenbedrijf.
Reeds in de eerste tien jaar van haar bestaan ontwikkelde de IncassoBank zich tot één der grote algemene banken in Nederland. In 1903 werd het eerste bijkantoor gevestigd, waarop nog een groot aantal vestigingen in de provincie volgde. Ook werden in de loop der jaren door de Incasso-Bank de zaken van tal van kleinere bankbedrijven overgenomen.Op 31 Dec. 1947 had de Incasso-Bank 76 kantoren, 14 correspondentschappen en hield in 12 plaatsen zitdagen. Het kapitaal bedroeg toen ƒ 30 millioen.
Fusie met de Amsterdamsche Bank N. V.
Op 10 Oct. 1947 publiceerden de directie en de commissarissen van de Incasso-Bank en de Amsterdamsche Bank een communiqué, waarin het besluit tot samenvoeging der beide bedrijven ter bereiking van een zo economisch mogelijke bedrijfsvoering werd bekend gemaakt. Aanleiding tot deze fusie gaven
1. de voortdurende stijging van de kosten,
2. de gedaalde geldrente en
3. de te verwachten teruggang van de crediteurengelden.
Rationalisatie (o.a. vereniging van kantoren) was nodig voor de handhaving van een redelijke rentabiliteit.
Om redenen van opportuniteit (waaronder fiscale overwegingen) vond de samenvoeging plaats binnen het verband van de Amsterdamsche Bank, met dien verstande, dat beide banken naast elkaar als juridisch zelfstandige instellingen zullen blijven voortbestaan. De Incasso-Bank oefent van 1 Jan. 1948 af haar bedrijf uit voor rekening van de Amsterdamsche Bank, waardoor de Incasso-Bank zelf geen winst meer kan maken, en dus geen dividend meer kan uitkeren. De aandeelhouders van de Incasso-Bank waren dus wel gedwongen tot de voorgestelde verkoop van hun aandelen aan de Amsterdamsche Bank, waardoor de Incasso-Bank een dochtermaatschappij van de Amsterdamsche Bank is geworden. (Op 31 Dec. 1949 was meer dan gg pet van het tot ƒ 15 millioen gereduceerde aandelenkapitaal der Incasso-Bank in handen van de Amsterdamsche Bank.)
De combinatie Amsterdamsche Bank/IncassoBank heeft tot eind 1949 reeds 29 kantoren samengevoegd, waarna zij nog in 202 plaatsen van ons land beschikt over 158 kantoren en go correspondentschappen en zitdagen. De geconsolideerde balans per 31 Dec. 1949 vermeldt een crediteurenpost van ƒ 1 023 millioen.
L. VAN ZWOL
Lit.: 50 jaar Incasso-Bank 1891-1941 (Amsterdam 1941).