Japans staatsman (2 Sept. 1841 - Charbin 26 Oct. 1909), week als eenvoudig vazal van de daimyö van Hamagoetchi in 1863 met Ino-oeye Kaoroe uit naar Sjanghai en reisde vandaar naar Engeland. In 1864 keerde hij terug en trachtte bij zijn clangenoten tevergeefs de gedachte ingang te doen vinden van een tegemoetkomende houding tegenover de vreemdelingen.
Hij speelde een niet onbelangrijke rol bij de voorvallen in 1867 en 1868, werd in 1868 tot gouverneur van de provincie Hyögo benoemd, nam deel aan een studiereis naar Amerika, waarna hij het decimale systeem, een plan voor een rijksbank en uitgifte van papiergeld uitwerkte. In 1882/’83 was hij de leider van een studiecommissie naar Europa voor het bestuderen van grondwetsvoorstellen. In 1889 werd door Ito een ontwerpgrondwet aan de Japanse regering aangeboden. In 1885 tekende hij met Li-Hung-chang de conventie van Tientsin en nadat hij enige keren minister-president was geweest, was hij gemachtigde der regering bij het vredesverdrag met China te Sjimonoseki gesloten (17 Apr. 1895). In 1900 reorganiseerde hij de Seijoekai partij. Tevergeefs zocht hij toenadering tot Duitsland; kort daarop (1902) werd het verdrag met Engeland gesloten. Van 1906-1909 was hij Gouverneur-generaal van Korea, waar hij door een fanaticus werd vermoord.Lit.: L. Ries, in: Meister der Politik II (1922).
