Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

HEUPZIEKTEN.

betekenis & definitie

Men onderscheidt aan het heupbeen de schacht, de hals die een hoek van ca 125o naar binnen en boven gericht met de schacht maakt en de bolvormige heupkop, die een gewricht vormt met de heupkom, het zgn.acetabulum, aan het bekken. De gewrichtskapsel omsluit vrijwel de gehele heupkop en ook nog een gedeelte van de hals.

Er kunnen zich nu wijzigingen voordoen in de verhouding van de heupkop tot de kom, verplaatsingen van de kop bijv., de ontwrichtingen-, ook kan de kop met de dieper geworden kom in het bekken dringen; men spreekt dan van proturio acetabuli (uitpuilen van het acetabulum). De hoek tussen hals en schacht kan kleiner zijn dan normaal, coxa vara, of groter, coxa valga (coxum betekent heup). Zowel de plaatsveranderingen van de kop, als de hoekwijzigingen kunnen aangeboren of verworven zijn.Vrijwel iedere gewrichtsziekte* kan aan de heup voorkomen, maar vooral de arthrosis deformans vaak. Misschien is dit wel een gevolg van de grote eisen welke de opgerichte gang aan de heupen stelt. Op de röntgenopnamen ziet men dan ook vaak belangrijke misvormingen van kop en kom. Arthrosis deformans kan ook het gevolg zijn van een gewrichtsontsteking, een ontwikkelingsstoornis, of een vormverandering van het skelet, in welke gevallen door verminderde weerstand of niet optimale belasting de voorwaarde geschapen is voor het ontstaan van deze slijtageziekte. De arthrosis deformans van de heup, ook wel malum coxae senile genoemd, gaat nogal eens gepaard met kalkarmoede van het skelet, dat het ontstaan van fracturen vnl. van de hals bij gering geweld in de hand werkt. Ook tuberculose komt vrij veel voor, vaak reeds op jeugdige leeftijd.

Gewoonlijk is het bot de zetel van het tuberculeuze proces, maar ook de gewrichtskapsel kan primair aangedaan zijn. Op den duur worden gewoonlijk beide in het ziekteproces betrokken, ontstaan er vaak grote vernielingen en wordt de aandoening gecompliceerd door een koud absces (z been- en gewrichtstuberculose'), dat of bij de heup doorbreekt en aanleiding geeft tot een fistel*, óf, zelden, als verzakkingsabsces langs de dij naar beneden zakt.

Algemene ontwikkelingsstoornissen van het skelet, die vrijwel steeds berusten op afwijkingen in de verbening van het oorspronkelijk kraakbenige steunapparaat, gewoonlijk hun zetel hebben in de groeischijven, vaak familiair en erfelijk zijn, tasten in een groot percentage der gevallen ook de heupen aan (z beenziekten). Er bestaat ook een ontwikkelingsstoornis specifiek voor de heup : de ziekte van Legg-Calvé-Perthes, ook wel genoemd de „stille heupziekte". Dit is een aandoening van de kinderleeftijd, meer bij jongens dan bij meisjes voorkomend, dikwijls ongemerkt en sluipend verlopend, bijv. zich uitend in licht hinken of matige pijn, berustend op een stoornis van de beenkern van de heupkop. Tijdige herkenning door röntgenonderzoek en behandeling met langdurige bedrust kan een ernstige misvorming van de heupkop, op latere leeftijd vaak aanleiding gevend tot arthrosis deformans, voorkomen.

Vrijwel alle beenziekten kunnen zich aan de heup uiten; de misvormingen door rhachitis en osteomalacie (z beenziekten) kunnen het bekken dusdanig misvormen, dat dit een ernstige belemmering voor de baring betekenen kan. De ziekte van Paget en metastaserende carcinomen, die aan de heup verhoudingsgewijs veel voorkomen, kunnen aanleiding geven tot zgn. spontane fracturen, d.w.z. beenbreuken bij slechts gering geweld en weinig pijn veroorzakend,

DR G. VAN DAM

< >