Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

HERFORD

betekenis & definitie

Duitse stad in het Land Noord-Rijnland-Westfalen met (1950) ca 50000 inw., van wie 80 pct Evang., 15 pct R.K. en 5 pct andersdenkenden, ligt aan de samenvloeiing van Werre en Aa in de Ravensberger Mulde, een zandig verstroomdal tussen het Wiehengebergte en het Teutoburgerwoud, en aan de spoorlijn Bielefeld Hannover. Herford is een ruim gebouwde tuinstad met een middeleeuwse stadskern.

Men vindt er o.a. een Romaanse dom uit de 13de eeuw en de Gothische Stifts- of Mariakerk, eveneens uit de 13de eeuw. Herford heeft o.m. een stadsbibliotheek en een muziekschool, terwijl het Städtebund symphonisch orkest zijn zetel in deze stad heeft. Het is het centrum van het Ravensberger land, een belangrijke marktplaats en heeft verder meubel-, textiel-, chocolade- en sigarenindustrieën.De stad ontstond als een marktnederzetting van en naast de voormalige Benedictijner nonnenabdij, die ca 838 gesticht werd. In 1530 werd het klooster Evangelisch. Tot de abdissen behoort de beroemde Elisabeth van de Palts (1667-1680), de wijsgerige prinses, een leerlinge van Descartes, onder wie een tijdlang de sekte der Labadisten (z Labadie) te Herford verblijf hield. Het stift werd in 1803 geseculariseerd. De stad was in de 14de eeuw een Hanzestad, kwam in 1547 aan Gulik, werd 1631 rijksstad, maar kwam in 1647 aan Brandenburg. In Wereldoorlog II werd Herford voor 18,5 pct verwoest.

Lit.: W. Schinkel, Die wirtschaftliche Entwicklung von Stadt und Land H. (1926); O. Cohausz, H. als Reichsstadt und pabstunmittelbares Stift (1928); W. Brünger, H. (1936); W. Böcker, Aus H.’s alten Tagen (1937).

< >