Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

GIPSVERBAND

betekenis & definitie

uitgevonden door de Nederlander Ant. Mathijsen in 1851, berust hierop, dat het calciumsulfaat-halfhydraat (sulfas calcicus ustus, 2CaS04.H20) na bevochtiging overgaat in calciumsulfaatbihydraat (CaS02.2H40) en een harde massa vormt, die nagenoeg niet in groote verschilt van de oorspronkelijke massa.

Het wordt in de geneeskunde gebruikt om bij beenbreuken het lichaamsdeel de stand te doen blijven innemen, waarin het gebracht is na het zetten van de breuk. Voorts wordt het gebruikt om zieke (tuberculeuze) gewrichten te immobiliseren: gipsbroek voor heup, gipspijp voor knie, gipsbed voor de wervels Na behandeling van misvormde lichaamsdelen wordt een gipsverband aangelegd om deze te laten genezen in de verbeterde stand: bij de behandeling van klompvoet, heupontwrichting, O-benen of X-benen enz. Voorts wordt het materiaal toegepast om een afdruk van een lichaamsdeel te maken, ten einde een goed passend apparaat van leer of celluloid te kunnen doen vervaardigen: corset, platvoetzool e.d. Bij het aanleggen van een gipsverband onderscheidt men 2 technieken: het zgn. gepolsterde gipsverband en het ongepolsterde.Gipsspalken gebruikt men als tijdelijk verband bij beenbreuken of als definitief verband bij polsbreuken. Bij beenbreuken kan reeds na korte tijd met het gipsverband gelopen worden. Men neemt het gipsverband af met de gipsschaar, waarmee een reep gips wordt weggeponst.

J. H. J. VAN DER VUURST DE VRIES.

< >