Belgisch koloniaal pionier (Davenport, V.S. 29 Juni 1860 Londen 20 Nov. 1914), was onderluitenant bij de genietroepen van het Belgisch leger, nam dienst in Aug. 1884 bij het Int. Verbond van Kongo en maakte deel uit van de Oebangi-expeditie van Van Gèle, met wie hij de bronnen van de Oebangi ontdekte.
De aardrijkskundige wetenschap is hem de kaart van de streek Opper-Oebangi verschuldigd. In 1891 ter vervanging van Van Gèle als bevelhebber over het grondgebied van de Oebangi aangesteld, voer hij de Bomoe op tot Shinko, verblijfplaats van sultan Rafaï. Op 6 Nov. 1893 werd hij tot staatsopziener benoemd. In 1894 nam hij deel aan de besprekingen, die leidden tot het accoord waarbij een einde wordt gemaakt aan de wrijvingen tussen Frankrijk en de Vrijstaat betreffende Oebangi. Hij keerde in 1895 naar België terug, waar hij opgenomen werd in het bestuur van de Onafhankelijke Kongostaat te Brussel.PROF. M. VERSTRAETE
Bibl. : La région du Haut Ubangi. Bull. Sté Roy. beige de géogr. (1893), no 1; Les rapides de l'Ubangi. Buil. Off. de l’Etat du Congo Mouvement géographique (1894); Exploration du Kotto. Mouv. géogr. (1891), p. 144; Le Congo français au Nord du Coude de l’Ubangi. Mouv. géogr. (1895), p. 302.
Lit.: Les Belges au Congo. Notices biographiques (Anvers 1908) ; A nos héros coloniaux morts pour la civilisation 1876-1908, in: Ligue du souvenir Congolais (Bruxelles); Rede uitgespr. d. prof. Laude op de Acad, zitting van de Kol. Hogeschool v. België, 27 Oct. 1932.
