Nederlands taalkundige (Voorburg ged. 1 Mrt 1740 - Brussel 20 Mei 1787), was achtereenvolgens bakkersjongen in Den Haag, onderwijzer te Antwerpen, secretaris van de Keizerlijke Academie der Wetenschappen te Brussel (1776); door Jozef II benoemd tot inspecteur-generaal voor de Belgische scholen in 1787. Taalpaedagoog en historicus, was zijn spelling van het Nederlands toonaangevend tot in de 19de eeuw.
Hij schreef, behalve een Nieuwe Nederduytsche spraekkunst (Antwerpen 1761), een aantal schoolboeken voor het onderwijs in het Frans, het Latijn en het Grieks, en een reeks geschiedkundige werken, w.o. een Histoire ancienne des Pays-Bas autrichiens (Anvers 1787).Lit.: J. Stecher, in: Biogr. Nat., 5, kol. 789-809.