Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

De LIGNE

betekenis & definitie

is de naam van een oud en aanzienlijk Belgisch geslacht, waarvan het voorvaderlijk kasteel zich te Beloeil in Henegouwen bevindt. In 1544 ontving het geslacht de rijksgrafelijke, in 1601 de vorstelijke waardigheid.

Een zijtak van de Lignes vormen de hertogen van Arenberg. De beroemdste uit het geslacht zijn:Charles Joseph, prins de Ligne (Brussel 23 Mei 1735 - Wenen 13 Dec. 1814), trad in 1752 in Oostenrijkse dienst, onderscheidde zich in de Zevenjarige Oorlog, werd in 1771 luitenant-generaal en voerde in de Beierse Successie-oorlog onder Laudon bevel over de voorhoede. Als gezant te St Petersburg verwierf hij de gunst van Catharina II, die hem met de titel van Russisch veldmaarschalk en met een landgoed in de Krim begiftigde. Keizer Jozef II, wiens vriend en raadgever hij was, schonk hem in 1788 de waardigheid van grootmeester der artillerie. Ook was hij aanwezig bij het beleg van Belgrado. In 1807 benoemde keizer Frans I hem tot bevelhebber der garde en in 1808 tot veldmaarschalk. Hij geldt als een van de puntigste vertegenwoordigers van de lichte Franse geest in de 18de eeuw. Hij stond o.a. in briefwisseling met Frederik II, Rousseau, Voltaire, Laharpe en Goethe. Zijn Mélanges bevatten gedenkschriften, gedichten, brieven, toneelstukken, essays en losse gedachten, zonder ordelijke rangschikking.

Bibl. : Mélanges militaires, littéraires et sentimentaires (34 dln 1795-1811); Œuvres posthumes (6 dln, 1817); Vie du prince Eugène de Savoie (1809); Lettres (2 d!n, 1812); Philosophie du Catholicisme avec une préface par Ph. Marheinecke (1816); Fragments de l’histoire de ma vie, publ. p. F. Leuridant, 2 dln (Paris 1928). Madame De Staël gaf zijn Lettres et pensées (2 dln, 1809) uit.

Lit. : F. Leuridant, Une éducation de prince au XVIIIe siècle: Ch.-J. de L. (1923); M. Oulié, Le prince de L. (1926); L. Dumont-Wilden, La vie de Ch.-J. de L. (1927) ; E. Benedikt, Karl Josef, Fürst von Ligne. Ein Genie des Lebens (Wien 1936); A. de Ligne en J. Gérard, Le prince de L., favori de l’Europe (1942) ; E. Ch a puisât, Le prince chéri (C. J. de L.) et ses amis suisses (Lausanne 1944).

Eugène Lamoral (François Charles) de Ligne, prins van Ambise en Epinoy (Brussel 28 Jan. 1804 - Beloeil bij Mons 20 Mei 1880), kleinzoon van de voorgaande, werd na de afscheiding in 1830 enige tijd genoemd als candidaat voor de Belgische troon. Hij was van 1842-1849 Belgisch gezant eerst aan het Franse hof, daarna aan de Italiaanse hoven. In 1851 werd hij lid en in 1852 voorzitter van de Belgische Senaat. Omdat hij zich met de nieuwe wet op het onderwijs niet verenigen kon, legde hij in 1879 het voorzitterschap van de Senaat neer.

Lit.: A. de Ligne, Le prince E. d. L. (1940).

< >