Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

CZESTOCHOWA

betekenis & definitie

(Czenstochau), stad in de Poolse woiwodschap Kielce, op 50° 51' N.Br. en 19° 5' O.L. v. Gr. aan de Warta gelegen en met spoorwegverbinding naar Warszawa, Katowice en Wenen, telt (1946) 101 255 inw.

De stad heeft sedert 1884 een belangrijke textiel-industrie (jute, wol, katoen), cement-, ijzer- en machine-industrie. De stad is beroemd door het klooster van de heilige Paulus Eremita, op de heuvel Jasnagora gelegen, een beroemde bedevaartplaats van de Poolse R.K. Men vindt er nl. in de rijke kloosterkerk het donkerbruine Mariabeeld, dat volgens de legende door Lucas zelf geschilderd werd, zich eerst in het bezit bevond van de heilige Helena, daarna van de Russische prins Laon en eindelijk van Wladislaus, hertog van Opala, die in 1382 het klooster stichtte en aldaar dit beeld plaatste. In 1430 werd het door de Hussieten geplunderd.

In 1620 omringde men het klooster met een hoge muur en versterkte het met geschut. In 1665 stiet het leger van koning Karel Gustaaf van Zweden, na geheel Polen te hebben onderworpen, aldaar het hoofd. Keizer Alexander I heeft er echter in 1813 de vestingwerken doen slopen. In het begin van Wereldoorlog I door de Duitsers bezet, werden hier in Nov. en Dec. 1914 de Russen teruggeworpen. H. A. BOMER.

< >