Nederlands geneeskundige (Vianen 25 Febr. 1855-Hoog Soeren 8 Mei 1941), studeerde te Utrecht. In 1885 werd hij lector en in 1891 hoogleraar in de psychiatrie en neurologie te Utrecht, in 1895 te Amsterdam, in 1925 weer te Utrecht.
Winkler is de pionier der Nederlandse neurologie en psychiatrie als zelfstandig specialisme. Als kenner van de microscopische anatomie van het centrale zenuwstelsel was hij wereldvermaard. Tot op zeer hoge leeftijd verrichtte hij belangrijk wetenschappelijk werk. Na zijn dood verscheen in 1947 een interessante autobiografie onder de titel Herinneringen.
Bibl.: Opera omnia (7 dln en 2 atlassen, 1916); Handboek der neurologie (5 dln, 1933); Herinneringen 1855-1941 (Arnhem 1947).