Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Colmar von der GOLTZ (PASCHA)

betekenis & definitie

Freiherr (Bielkenfeld 12 Aug. 1843 - Bagdad 19 Apr. 1916), Duits generaal bekend uit Turkse staatsdienst, uit een geruïneerd adellijk geslacht, werd in 1861 luitenant en maakte de veldtochten van 1866 en van 1870-1871 mee. In de laatste diende hij bij de staf van het 2de leger, waarvan hij de geschiedenis later uitgaf.

Beroemd werd zijn standaardwerk: Das Volk in Waffen, dat hij in 1882 als kapitein van de Generale Staf en leraar in strategie en krijgsgeschiedenis aan de Kriegsakademie uitgaf. In Pruisen was men op dergelijke nieuwe ideeën en ook op de critische geest, die uit zijn werken sprak, niet gesteld en de, zich juist voordoende gelegenheid, dat sultan Abdoel Hamid II om een instructeur voor zijn na 1877 geheel vervallen leger vroeg, werd gaarne aangegrepen om hem naar Turkije „abzuschieben”.Met zijn arbeid in Turkije heeft v. d. Goltz zich een wereldnaam gemaakt; hij is er in geslaagd een nieuw Turks leger te scheppen.

In 1896 weer terug in Pruisische dienst, werd hij in 1911 veldmaarschalk; in dat jaar stichtte hij de „Jungdeutschlandbund”, waarmee hij zijn denkbeelden, vroeger in zijn werken gepropageerd, wenste te realiseren.

Toen Wereldoorlog I uitbrak, was hij 71 jaar en werd hem geen legerbevel opgedragen; wel was hij korte tijd gouverneur-generaal in België. In Dec. 1914 reeds vertrok hij naar Turkije; daar voerde hij aan het Irak-front het bevel over het 6de Turkse leger. Bij een inspectietocht overviel hem de in het leger heersende vlektyphus, waaraan hij te Bagdad overleed. Zijn lijk werd in het park van Therapia, aan de oever van de Bosporus, begraven.

Bibl., behalve de bovengenoemde werken: Angeline (1875, roman); Suum cuique (1884); Schamhorst (1880); Rossbach und Jena (1883); opnieuw bewerkt en uitgegeven o. d. titel: Von Rossbach bis Jena (1906); Kriegsgeschichte Deutschlands im 19. Jahrh. (1900-1914); Denkwürdigkeiten (uitg. door zijn zoon, 1929).

Lit.: B. von Schmiterlöw, v. d. G., Leben und Briefe (1926).

< >