L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Rosaceeën. Het is nauw verwant met de groep der Amygdaleeën, maar onderscheidt zich door ietwat zygomorphe bloemen, iets vergroeide meeldraden en een gynobasische stijl aan het, 2 rechtopstaande zaadknoppen omsluitende, vruchtbeginsel. Het omvat altijdgroene heesters en lage bomen uit Amerika en Afrika met witte bloemen in gaffelvormige aren geplaatst. C.Icaco L., de zgn. Goudpruim, is een heester ter hoogte van ca 3 m in Carolina, West-Indië, Zuid-Amerika en Midden-Afrika, met een bruine, meestal gestippelde bast, kort gesteelde, glanzige bladeren en eironde steenvruchten, die in Amerika icaco of guajera worden genoemd, gewoonlijk rood, paars, wit of geel van kleur zijn, een zoete, samentrekkende smaak hebben, de dorst lessen en rauw, gekookt of met suiker geconfijt, gegeten worden.
De zaden geven veel olie. Ook de vruchten van C. ellipticus Soland. en C. lutens Sabine, die in Sierra Leone groeien, zijn eetbaar.
