Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

CHAROLLAIS

betekenis & definitie

of Charolais is een landstreek in het Z. van Bourgondië die ongeveer overeenkomt met het arrondissement van Charolles (stadje van 3278 inw. in 1939) in het Franse dep. Saône-et-Loire en die zich uitstrekt van de bergen van Méconnais in het O. tot de Loire in het W., in het Z. begrensd door Brionnais, in het N. door Autunois en Chalonnais.

Het land, dat economisch meer op de Loire, waarnaar het afglooit en waarheen de riviertjes Arconce en Bourbince vloeien, en op Lyon dan op Dijon is georiënteerd, bezit vruchtbare kalkgronden (korenbouw, weilanden), vooral in het W., terwijl het graniet-plateau de naam „Mauvais Pays” draagt. Het voornaamste exportartikel vormen de grote witte bruingevlekte runderen die in het gewest worden geteeld.Geschiedenis.

Charollais, oudtijds de pagus Quadrellensis, maakte tot in de 13de eeuw deel uit van het graafschap Chalon-sur-Saône, dat in 1237 door de hertogen van Bourgondië werd verworven. Na het overlijden van hertog Hugo IV in 1272 behoorde Charollais tot het erfdeel van diens kleindochter Beatrix van Bourbon, die gehuwd was met Robert van Clermont, een zoon van koning Lodewijk IX. Door het huwelijk van Beatrix II, hun kleindochter, kwam het gebied in 1327 aan de graven van Armagnac. Jan III en diens broeder Bernard VII van Armagnac verkochten Charollais, dat inmiddels tot graafschap was verheven, in 1390 aan Philips de Stoute, hertog van Bourgondië.

Sindsdien was het een der autonome „pays adjacents” van dit hertogdom; het bezat afzonderlijke Staten, van vóór 1383 tot 1751. Graaf van Charollais heetten zowel Philips de Goede als Karel de Stoute alvorens zij de regering aanvaardden. Vooral door laatstgenoemde heeft de titel, die hij van 1433-’67 droeg en waaraan de naam van een bedijking in zijn heerlijkheid Putten: het dorp Charlois op IJsselmonde (thans een havenwijk van Rotterdam) herinnert, bekendheid gekregen. In 1477 ging het graafschap voor het Bourgondische Huis verloren. Bij de vrede van Atrecht in 1482 werd het aan de koning van Frankrijk afgestaan, doch in 1493 (vrede van Senlis) keerde het, als enig onderdeel van het hertogdom Bourgondië, weer tot de Oostenrijks-Bourgondische erflanden terug.

Het bleef echter een Frans leen en vormde een baljuwschap in het gouvernement Bourgondië, met uitzondering van de tijd van 1529 (vrede van Kamerijk) tot 1559 (verdrag van Cateau Cambresis), toen keizer Karel V voor de duur van zijn leven er de volle souvereiniteit uitoefende. Na hem waren graven en gravinnen van Charollais achtereenvolgens Philips II van Spanje, diens dochter, aartshertogin Isabella, en de Spaanse koningen Philips IV en Karel II. Bij de vrede van Nijmegen in 1678 stond de laatste het graafschap af aan de Franse kroon, waarmee het eerst in 1761 definitief werd verenigd, na tot dan een apanage te hebben gevormd van het Huis Bourbon-Condé.

DR A. G. JONGKEES.

< >