Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

Cecil Day LEWIS

betekenis & definitie

Engels dichter, romanschrijver en essayist (Ballintubber, Ierland, 27 Apr. 1904), studeerde te Oxford, waar hij met W. H.

Auden de uitgave Oxford Poetry (1927) verzorgde. Tot 1935 was hij leraar; in 1951 werd hij hoogleraar in de poëzie te Oxford. Onder pseud. Nicholas Blake schreef hij voortreffelijke detectiveromans (There's Trouble Brewing, 1937; The Beast must Die, 1938; Malice in Wonderland, 1940). Van zijn hand verschenen verder kinderverhalen en essaybundels. Als dichter onderging hij, als velen van zijn generatie, sterk de invloed van Gerard Manley Hopkins, en in zekere zin van Thomas Hardy. Met W. H. Auden en Stephen Spender behoort Lewis stellig tot de belangrijkste dichters van de jaren ’30. Hij is de meest filosofische van deze drie. Zij hebben zich allerminst in ivoren torens verschanst, maar integendeel in hun werk blijk gegeven hoezeer het maatschappelijk leven, en vooral bijv. de Spaanse burgeroorlog hen beroerde. In de bundel A Hope for Poetry (1935), voert hij de verdediging van een politieke poëzie. Vooral zijn vroegere bundels zijn dikwijls geschreven in een taal en symboliek, die door velen duister genoemd wordt. Later ontstonden er heldere versvormen terwijl de invloed van het gebeuren van de dag meer op de achtergrond geraakte.Bïbl.: The Friendly Tree (1936); Starting Point (1937); Mind in Chains. Socialism and the Cultural Revolution (1937); Overtures to Death (1938); Child of Misfortune (1939); Word over All (1943); Poetry for You (1945) 5 The Poetic Image (i947); Collected Poems (1929-1936; 1948); Poems (1943-1947; 1948); The Otterbury Incident (1948).

Lit.: St. Spender, Forward from Liberalism (1937); Idem, Life and the Poet (1942).

< >