Romeins veldheer onder Marcus Aurelius, in Syrië geboren, voerde als stadhouder van Syrië oorlog tegen de Parthen (162-165 n. Chr.), waarin hij over de Tigris trok, de machtige stad Seleukia en de burcht van Ktesiphon verwoestte, maar gedurende de terugtocht een gedeelte van zijn leger verloor.
Hij kreeg als beloning het opperbestuur over het gehele Oosten en bedwong in Egypte een gevaarlijke opstand van herdersstammen, de Bucolici. Op het gerucht van Marcus’ dood maakte hij, wellicht met medeweten der keizerin Faustina, zichzelf tot keizer, waarbij een groot deel van het Oosten op zijn hand was (175 n. Chr.). Marcus, die aan de Donau oorlog voerde, trok dadelijk tegen hem op. Voor hij echter bij hem kwam, was Avidius reeds door twee van zijn soldaten gedood. Zijn nagedachtenis werd door Marcus geëerd.Lit.: A. Stein, Ägypten und der Aufstand des Avidius Cassius, in: Arch. epig. Mitt. aus Österr. Ung., XIX (1896), p. 151_153; J. Kenyon, The revolt of Avidius Cassius, in: Archiv f. Papyrusforschung, VI (1913), p. 213; L.
Homo, Le Haut-Empire (Hist. Romaine III éd. p. G. Glotz), (Paris 1933).