stad in Marokko, aan de kust van de Atlantische Oceaan tussen Rabat en Azemmour, op 330 37' N.Br. en 70 40' W.L. v. Gr., is een belangrijke stapelplaats van de handel, vooral met Europa.
De stad, die door muren omringd is, telt 505 000 inw., waarvan 107 000 Europeanen.Casablanca werd in de aanvang van de 16de eeuw door de Portugezen gesticht en heeft zich sedert 1855 door de handel voorspoedig ontwikkeld. De snelste ontwikkeling evenwel had plaats sedert de pacificatie van Marokko onder het Franse bewind. Van Casablanca gaat de van Tanger en van Algerië komende spoorweg zuidwaarts het binnenland in naar Marrakech (Marakesj) met twee belangrijke takken. De eerste gaat van een punt even te N. van Settat oostwaarts naar Oued Zem (Khowribga phosphaatmijnen); de andere van Ben Guerir westwaarts naar de haven Safi.
Deze laatste lijn loopt dwars door het phosphaatrijke gebied van Louis Gentil en Oujda zuidwaarts naar Bou Arfa (Djeroda steenkolenmijnen). De stad heeft een radiostation, een vliegveld en is door middel van telegraafkabels met Brest en Le Havre verbonden. De Atlantische Oceaan, die hier zeer rijk aan vis is, deed zeevisserij ontstaan. In 1946 bedroeg de goederenomslag in de haven 1200000 ton; ingevoerd werden: 856 363 ton (vooral graan), uitgevoerd werden: 268 000 ton (jonge groenten), benevens 102 492 m3 drinkwater voor Gibraltar.
In meer normale jaren worden vooral ingevoerd: katoen, thee, suiker (ruwe of gezuiverde), cement, hout, steenkolen, petroleum en petroleumderivaten, kaarsen, zeep, palmolie, soya, koffie, motorvoertuigen en onderdelen daarvan, machines, specerijen, plaatijzer en zakken. Uitgevoerd werden: granen, zaden, phosphaat, eieren, kurk, hout, vezels, ijzer-, mangaan-, cobalt- en loodertsen, vers vroeg fruit, tomaten, aardappelen, peulvruchten, citrusvruchten, vis in blik, schapen en hoenders. De instelling van een vrijhavenzone wordt overwogen.
In Wereldoorlog II vond, na de bezetting van Noord-Afrika door de Anglo-Amerikanen, te Casablanca een belangrijke conferentie plaats tussen Roosevelt en Churchill (14-27 Jan. 1943), waar krijgsplannen tegen de As werden besproken. Na deze conferentie werd „unconditional surrender” geëist.