Duits componist (München 10 Juni 1895), studeerde aan de Akademie der Tonkunst te München, bekwaamde zich als theaterdirigent en was in die functie werkzaam te München, Mannheim en Darmstadt. In 1920 brak hij deze loopbaan af en werd compositie-leerling van Heinrich Kaminski.
Van 1925-’36 was Orff leider van de afdeling „tänzerische Musikerziehung” van de Dorothee-Günter-Schule te München. Sindsdien is hij uitsluitend werkzaam als componist.Orff heeft alle werken die hij tussen 1911 en 1935 publiceerde, teruggetrokken. Daaronder liederen, koor- en orkestwerken, kamermuziek, een opera, toneelmuziek: o.a. de eerste Monteverdi-bewerkingen (Orpheus, 1925; Der Tanz der Spröden, 1926), het Kleine Konzert für Bläser und Cembalo (1927), de eerste versie van de Entrata naar Byrd (1928), Cantus firmus Sätze (1929), Cantates I, II en III naar teksten van Werfel (1930), Catulli Carmina I en II (i930-’3i), Chorsätze naar teksten van Brecht (1931), het Orff-Schulwerk (1930-’33). Verschillende van deze composities heeft hij nadien aan een revisie onderworpen.
De werken die hij nu nog erkent zijn: Carmina burana (cantiones profanae; première 1937), Der Mond (ein kleines Welttheater; première 1939), Orpheus (vrij naar Monteverdi; première 1940), Tanz der Spröden (idem), Klage der Ariadne (idem), Entrata für fünfchöriges Orchester und Orgel (naar William Byrd; première 1941), Die Kluge (die Geschichte von dem König und der klugen Frau; première 1943), Catulli Carmina (Ludi Scaenici; première 1943), Ein Sommemachtstraum (naar Shakespeare; 1943), Die Bernauerin (ein bayrisches Stück; première 1947), Der Mond (tweede versie; 1945), Astutuli (eine bayrische Komödie; 1946), Antigonae (naar Holderlin’s vertaling van Sophokles; première 1949).
K. H. WÖRNER
Lit.: Heinz Hackenbroich, Musiker von heute (Fulda 1949); Karl Laux, Musik u. Musiker d. Gegenwart, Bd I (Essen 1949); K. H. Wörner, Musik der Gegenwart (Mainz 1949).
