(Campagna romana), landstreek in Midden-Italië, in de prov. Rome.
Zij omvat in engere zin (Agro romano) de omgeving van Rome of de benedenloop van de Tiber en Anio en wordt als zodanig ten O. door het Albaner- en het Sabijns gebergte, ten N. door de Soracte en de vulkanische bergen van Tolfa tot Civitavecchia en ten W. door de kust begrensd. In meer uitgebreide betekenis rekent men er nog toe de vlakte, die zich tussen de Albaner- en Volscerbergen en de zee tot aan Terracina uitstrekt. In ruimere zin genomen, beslaat de Campagna een oppervlakte van ongeveer 3000 km2, in engere zin (Agro romano) van 2040 km2. De bodem, een vroegere zeebodem, bestaat grotendeels uit tuf, afkomstig van vroegere onderzeese vulkanen, en uit lavastromen, afkomstig uit het vulkanische Albanergebergte.
De kust en de Tiberdelta zijn diluviale en alluviale vormingen. De Tiber slingert zich in een breed dal door het landschap en heeft met zijn zijrivieren het tufdek tot op enkele geïsoleerde restheuvels na, w.o. de zeven heuvels van Rome, vernield. De Campagna is een golvend landschap, met talrijke, in alle richtingen lopende, heuvelketenen doorsneden, met verwoeste waterleidingen, graftomben en andere overblijfselen van bouwwerken bedekt. Zij is noch arm aan water, noch onvruchtbaar; wel maakte malaria lange tijd het land in de zomer bijna onbewoonbaar.
In de koudere maanden komt na de eerste grote regens in Oct. het gras spoedig te voorschijn. Dan trekken uit de Abruzzen en het hoogland van Umbrië en der Sabina talrijke kudden schapen en ander vee hierheen. In de laatste jaren heeft de ontginning van de grond snelle vorderingen gemaakt. De regering bestreed met succes de malaria en bevorderde hierdoor de vestiging en de cultivering.
Vooral bij Maccarese (ten N.W. van de Tibermond) zijn sedert 1930 grote ontginningen ontstaan. In het Z. der Campagna lagen de Pontijnse moerassen, die zich van de kust bij Nettuno tot aan Terracina uitstrekten en nu, na de droogleggingen tussen 1925 en 1937, als Agro pontino (Pontijnse Akker) een rijk landbouwgebied vormen.De Campagna bezat ten tijde der Romeinen een menigte villa’s en tuinen, in de eerste tijden der Republiek lagen hier ook steden, zoals Gabii, Fidenae, Veji, terwijl ontelbare kleine plaatsen er tot ver in de middeleeuwen werden aangetroffen. De verwoestingen der Campagna, in de 5de en 8ste eeuw door de Goten, Vandalen en Langobarden, later nog door de Noormannen en Saracenen benevens door de burgeroorlogen der baronnen, ontvolkten het landschap. Sedert 1870 werden reeds de plannen ontworpen, om het land weer vruchtbaar te maken.
