zijn reseenharsen (z hars) die door verschillende geslachten van de fam. der Burseraceeën geleverd worden. Men verdeelt deze harsen in gomharsen, die naast hars ook gom bevatten (bdellium, bursa-opopanax, myrrhe, olibanum en tacamahac) en echte harsen waarin gom ontbreekt, zoals elemi en mekkabalsem (z balsems).
Naast de harsen komen ook nog typische bitterstoffen voor, die men naar haar herkomst als myrrhe-, wierook-, elemibitterstof enz. aanduidt.
Bdellium is een gomhars, dat zowel uit Afrika als uit Oost-Indië stamt, nl. van verschillende soorten van het geslacht Commiphora (syn. Balsamodendron) en wel wat de Afrikaanse betreft vermoedelijk van C. africana Engl. en wat de Oostindische betreft van C. Mukul Engl., C. myrrha Engl. en C. Roxburghiana Engl.
De harsen worden om hun aangename geur in de parfumerie gebruikt en in Indië als wormverdrijvend middel en vaak als vervalsingsproduct van myrrhe. De chemie is nog weinig bekend. De Afrikaanse hars bevat 29 pct gom, waarvan 23 pct in water oplost, en 60 pct in harsoplosmiddelen oplossende stoffen.
Bursa-opopanax is niet zoals de gewone opopanax van een Umbellifeer afkomstig, doch van een Burseracee, hoewel de stamplant niet zeker is. De hars komt in grote, bruingele stukken in de handel, waartussen lichtere, soms geheel doorzichtige, kleinere korrels kunnen voorkomen. Men gebruikt de hars in de parfumerie. De hars bevat 3-4 pct aeth. olie, 40-41 pct hars en 30-33 pct gom.
Myrrhe wordt geleverd door bepaalde soorten van het geslacht Commiphora, vermoedelijk o.a. C. molmol Engl., een 3 m hoge, doornige, sterk vertakte struik of kleine boom, die slechts gedurende korte tijd, en wel na de regenperiode, eerst bloemen en dan 3-tallige bladeren draagt. De plant komt vooral in Somali-land voor in waterarme streken. De hars, de zgn. heerabol-myrrhe, die als een wit sap, zowel spontaan, als ook na verwonding door dieren uittreedt, wordt door de inlanders van de plant, doch ook wel van de bodem ingezameld. De myrrhe komt van Aden in onregelmatige ronde, of trosvormige stukken in de handel.
Van C. erythraea Engl. wint men de zgn. bisabol-myrrhe; de plant komt in dezelfde streken voor als de vorige soort. De ruwe hars bevat 22,1 pct in water oplosbare gom, 29,85 pct in natronloog oplosbare gom, 21,5 pct hars, 1,5 pct bitterstof en 5-10 pct aeth. olie. Myrrhe was reeds in de Oudheid bekend, toen werd de plant zelfs gekweekt; thans wordt myrrhe nog medicinaal gebruikt tegen tandaandoeningen.
Olibanum, ook wierook genoemd, is een gomhars voorkomend in het melksap van sommige soorten van het geslacht Boswellia o.a. B. Carteri Birdwood en B. papyrifera Rich., waarvan de schors daartoe regelmatig wordt aangesneden. Ook deze planten horen thuis in Somali-land. Het zijn kleine boompjes, met samengestelde bladeren, waarvan de blaadjes in 7 paren staan; ze groeien op een hoogte van 1000-1800 m boven zee, in streken met veel kalkrotsen.
De bloemen zijn klein en staan in einden okselstandige samengestelde bloeiwijzen. De schors van de boompjes laat gemakkelijk in papierachtige lagen los. Olibanum komt in kleine, traanvormige, brosse korrels van bleekgele kleur in de handel; de hars is in alle oplosmiddelen slechts gedeeltelijk oplosbaar. Bij het verbranden ontwikkelt zich een fijne, aromatische geur, en hierop berust de toepassing in de Katholieke kerk als wierook.
Ze wordt echter ook als desinfectans gebruikt en is een bestanddeel van ketelsteenvorming verhoedende en ketelsteen-oplossende middelen.
Tacamahacharsen zijn onvoldoende bekende gomharsen, die wat de Westindische betreft afkomstig zijn van Protium heptaphyllum (L.) March, en wat de Amerikaanse betreft van Bursera tomentosa Engl. en B. excelsa H.B.K., terwijl Oostindische tacamahac van een Guttifeer Calophyllum inophyllum afkomstig is.
Elemi is de belangrijkste van de echte burseraceeën-harsen; het zijn reseenharsen die goed kristalliserende harsalkoholen, de amyrine (C30H49OH) bevatten en wel a-amyrine, sm.pt 180-181 gr. en 𝛽iamyrine, sm.pt 193-194 gr. G. Onder de naam elemi komen echter allerlei harssoorten voor, waarvan Manilla-elemi (afkomstig van Canarium sp.) en Braziliaanse elemi (afkomstig van Bursera sp. en Protium sp.) de belangrijkste zijn. De Manillaelemi komt als weke, maar ook als harde hars in de handel.
De harde is het ingedroogde product van de weke. De onverwonde boom heeft geen harselementen, deze ontstaan pas na de verwonding. Men gebruikt elemi medicinaal en technisch voor de bereiding van spirituslak, voor het zacht maken van celluloselak, voor het appreteren van viltweefsels en in de lithografie.
DR A. KLEINHOONTE
Lit.: A. Tschirch en E. Stock, Die Harze (1933~1936).