Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

BRUCELLOSIS

betekenis & definitie

(1, bij de mens) is de naam van een groep infectieziekten, die veroorzaakt worden door korte staafjesbacteriën (Brucellae), welke afkomstig zijn van bepaalde huisdieren. Na een zeer wisselende incubatietijd wordt men geleidelijk ziek en in vele gevallen volgt dan een eigenaardig golvend koortsbeloop, weshalve men deze ziekten ook aanduidt als febris undulans; veelvuldige verschijnselen zijn een relatief trage pols, een vergroting van de milt en sterk zweten; verschillende organen kunnen worden aangetast, maar de algemene toestand blijft in de regel opmerkelijk goed.

De ziekteverwekkers zijn genoemd naar David Bruce, die hen in 1886 bij lijders aan Maltakoorts ontdekte. Men onderscheidt drie soorten:

1. Brucella melitensis Bruce, die hoofdzakelijk bij geiten, in mindere mate bij schapen voorkomt en bij de mens de Maltakoorts of febris melitensis veroorzaakt, een ziekte die in de landen om de Middellandse Zee veelvuldig wordt aangetroffen. Op Malta is zij nauwkeurig bestudeerd door Britse artsen, die o.m. ontdekten dat de besmetting ontstond door het drinken van ongekookte melk van besmette geiten. Zowel in Frankrijk als in Italië schijnt de ziekte zich in de laatste jaren geleidelijk naar noordelijker streken uit te breiden. In Nederland is Maltakoorts zelden waargenomen en — afgezien van een enkele laboratoriuminfectie — uitsluitend bij mensen, die de infectie in ZuidEuropa hadden opgedaan. Laboratoriumonderzoek met Brucella melitensis is zeer gevaarlijk vanwege de grote kans om te worden geïnfecteerd. Ook de aanraking met besmette dieren kan de ziekte veroorzaken. De verschijnselen zijn uitermate wisselend; dit geldt ook voor de ziekteduur die gemiddeld 3 maanden is, maar soms een jaar overschrijdt. Evenals de andere Brucelloses treft de Maltakoorts vnl. 15-45-jarigen en veel vaker mannen dan vrouwen. Het ziektebeeld gelijkt veel op dat van de ziekte van Bang (z hieronder) maar is in het algemeen ernstiger; desondanks is de sterfte van de Maltakoorts gering (ca 2 pct).
2. Brucella abortus Bang, in 1896 ontdekt door de Denen Bang en Stribolt als oorzaak van het besmettelijk verwerpen der runderen. Aanvankelijk heerste de mening, dat deze bacterie onschadelijk was voor de mens. In 1921 beschreef Be van (Rhodesia) echter een aantal ziektegevallen bij mensen, die in aanraking kwamen met besmet vee en sindsdien is de ziekte van Bang steeds vaker bij de mens geconstateerd. In Nederland het eerst in 1927. Tegenwoordig worden in Nederland jaarlijks 40 à 50 gevallen aangegeven (z besmettelijke ziekten, Besmettelijke-Ziektenwet) en al is het werkelijke aantal ongetwijfeld groter — de zekere herkenning kan moeilijk zijn — in vergelijking met de sterke verbreiding van het besmettelijk verwerpen der runderen is de ziekte van Bang bij de mens zeer zeldzaam. De besmetting ontstaat door aanraking met ziek vee of door het drinken van onverhitte melk of room; 40 pct der Amsterdamse melkmonsters bleek te zijn besmet! Waarschijnlijk zijn herhaalde infecties te zamen met andere factoren, die de weerstand verzwakken, nodig om de mens ziek te maken; laboratorium infecties zijn zeldzaam. In bepaalde beroepen (vee-artsen, slagers) moet echter een groot aantal symptoomloze of symptoomarme infecties worden aangenomen.

Voor de herkenning is belangrijk het onderzoek van het bloed op specifieke antistoffen, met name agglutinines; ook kan een complementbindingsreactie met het bloedserum worden verricht, terwijl men ten slotte een huidreactie kan doen door inspuiting van gedode Brucellae. In het koortsstadium gelukt het soms de Brucellae te kweken uit het bloed.

Bij de behandeling zijn bedrust en symptomatische behandeling (bijv. pijnstillende middelen) hoofdzaak. Er is tot dusver geen middel gevonden, dat de natuurlijke loop der ziekte met zekerheid verkort; door gelijktijdige toediening van streptomycine en sulfadiazine schijnt dit echter te worden bereikt. De sterfte is zeer gering. Men heeft de indruk dat er een ongunstige wisselwerking is tussen de ziekte van Bang en tuberculose.

3. Brucella suis Huddleson verwekt de abortus der varkens; zij komt in Noord-Amerika veel voor en veroorzaakt daar ook ziekten bij de mens, meestal door infectie in het beroep (slagers).

DR H. J. VIERSMA

Lit.: P. H. Kramer, De ziekte van Bang (kliniek en epidemiologie), Geneesk. BI., 32ste reeks, no XII (1935), J. van der Hoeden, De Zoönosen, infectieziekten der dieren die op den mensch kunnen overgaan en de ziekten die daardoor bij dezen worden teweeggebracht (Leiden 1946).

(2, bij dieren). Tot het bacterie-geslacht Brucella behoren Brucella melitensis, Br. abortus en Br. suis, welke drie micro-organismes thuishoren resp. bij de geit, het rund en het varken; de ziekte er door veroorzaakt heet brucellosis.

Brucellosis van de geit komt hoofdzakelijk voor rondom de Middellandse Zee; in Nederland is de ziekte bij geiten nimmer waargenomen. Zowel bij het manlijke als het vrouwelijke dier worden vooral de geslachtsorganen aangetast; bij geiten ontstaat daardoor abortus, doch ook symptoomloze infecties komen voor. De micro-organismes worden vaak met de melk uitgescheiden; dergelijke melk is de voornaamste infectiebron voor het ontstaan van Maltakoorts bij de mens.



Brucella abortus,
gevonden door Bang en Stribolt (Denemarken) veroorzaakt de in Nederland zeer veel voorkomende besmettelijke abortus (besmettelijk verwerpen) der runderen. De schade, jaarlijks hierdoor aangericht, is enorm. Evenals bij de geit blijkt bij het rund een sterke voorkeur van de bacil voor de geslachtsorganen; bij de stier kan orchitis (= zaadbalontsteking) ontstaan, bij het rund ontstaat vooral een ontsteking van de vruchtvliezen, met als gevolg, dat het rund, meestal na de vierde maand van de drachtigheid, gaat verwerpen; de daarop volgende jaren geschiedt het verwerpen meestal steeds later. In de regel is het kalf dood en dikwijls laten de vruchtvliezen niet op tijd los, waardoor naziekten (baarmoederontsteking enz.) kunnen ontstaan.

Ook bij de koe worden de bacillen soms in de melk uitgescheiden; dergelijke melk is de voornaamste bron van undulerende koorts bij de mens. Onder het vee wordt de ziekte vooral verspreid door de opneming van voedsel dat verontreinigd is door ziektekiemen afkomstig van het verworpen kalf, de ontstoken vruchtvliezen, het vele bacillen bevattende vruchtwater en door melk; infectie via de huid is ook mögelijk. Een bevredigende bestrijdingsmethode is er nog niet; immuunserum geeft meestal onvoldoende resultaten, een specifiek geneesmiddel is niet bekend. Om uitbreiding te voorkomen zijn strenge afzondering en ontsmetting noodzakelijk; hieraan wordt veel te weinig aandacht geschonken.

De actieve immunisatie-methode die op het ogenblik het meest wordt toegepast, bestaat uit de onderhuidse inspuiting van kalveren met weinig virulente cultures; vooral de cultuur van Cotton en Buck (strain XIX) wordt veel gebruikt. Men spuit bij voorkeur de runderen in als ze nog kalf zijn, omdat dan de voor Brucella zo gevoelige delen, de geslachtsorganen, nog in rust zijn. Door deze enting wordt het verwerpen in belangrijke mate voorkomen. Meer en meer blijkt echter, dat de voor de enting gebruikte cultures soms toch de ziekte veroorzaken in een besmettelijke vorm.

De enting mag dus enerzijds het verwerpen wel is waar beperken, aan de andere kant is het gevaar van smetstofverspreiding en dus van het in stand houden der ziekte geenszins denkbeeldig; vandaar, dat verschillende onderzoekers streven naar een enting met gedode cultures. Behalve door het isoleren van de bacil, kan de diagnose ook worden gesteld door het aantonen van specifieke antistoffen (agglutinines) in het bloed (of in andere lichaamsvloeistoffen, o.a. melk).

De Brucella abortus-infectie van het rund kan op andere dieren overgaan; het belangrijkste is de besmetting bij het paard. Bij dit dier ontstaan hoofdzakelijk afwijkingen van chirurgisch belang, zoals schoftfistels, borstbuilen en peesschede-ontstekingen.

Brucellosis bij varkens is in Nederland onbekend, in Denemarken waar zij wel heerste, schijnt de ziekte thans uitgeroeid te zijn; in Amerika komt zij hier en daar voor.

PROF. DR JAC. JANSEN

Lit.: Hutyra-Marek-Manninger, Spezielle Pathol. u. Therap. d. Haustiere (1941); Axel Thomson, Brucella infection in Swine (Copenhagen 1935).

< >