een landschap in Centraal-Frankrijk, ongeveer begrensd door de Loire en de Cher, en doorstroomd door de Allier. De bodem bestaat dan ook uit de zandige afzettingen van de Loire en de Allier; de cultuurgrond is meest als weiland in gebruik; verder wordt er een weinig rogge verbouwd; de meeste percelen zijn door bomen en hagen omzoomd.
Naar het Z. gaat het land zonder duidelijke afscheiding in het berglandschap van het Centraal Plateau over; ook naar de taal en naar de rechtsvormen is Bourbonnais een overgangsgebied tussen N. en Z., tussen langue d’oïl en langue d’oc. De hoofdstad is Moulins. In hoofdzaak dekt zich het landschap Bourbonnais met de voormalige (8000 km2 grote) provincie van die naam, doch thans verdeeld over de departementen Allier, Cher, Creuse en Puy-de-Dôme. Sedert de tweede helft der 8ste eeuw vormde het een groot leen onder graaf Archembaut I; door huwelijk kwam het in 1283 aan Robert de Clermont, de zesde zoon van koning Lodewijk IX van Frankrijk. In 1327 werd het tot een hertogdom verheven en in 1527 verviel het, na het verraad van de Connétable Charles de Bourbon, aan de Franse kroon.
