(The most honourable Order of the Bath) is een Engelse ridderorde.
De naam komt het eerst voor in 1399 bij gelegenheid van de kroning van Hendrik IV. De naam is afkomstig van het gebruik nieuw op te nemen ridders te baden. Na de regering van Karei II ging de orde te niet; zij werd de 18de Mei 1725 door George I hernieuwd.
De prins-regent maakte haar na „Waterloo” (1815) tot een militaire orde, verdeeld in 3 klassen, welke sedert 1847 ook aan burgers verleend wordt. De kapel der orde is de mooie, aan de Westminsterabdij gebouwde kapel van Hendrik VII. Het ordeteken is voor militairen een gouden, wit geëmailleerd kruis met 8 punten; in elk der hoeken een gouden leeuw. Het wit geëmailleerde schild bevat 3 kronen, benevens een schepter met een roos, een distel en een klaverblad. Het schild is omgeven door een rode cirkelvormige band met het devies Tria juncta in uno (drie in één verenigd), alsmede door een lauwerkrans; daaronder staat het motto Ich dien'. Het voor burgers ingestelde onderscheidingsteken vertoont een schepter tussen 3 kronen, benevens een roos, een distel en een klaverblad, omgeven door een ovale ring met het devies.
De Bath-orde wordt aan een karmozijnen lint gedragen. Het ordekleed bestaat uit een karmozijnen mantel met een geborduurde ster; daarbij behoren een opperkleed, een broek en een muts. De 20ste Oct. is aan de orde gewijd.
