Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

ASTERTUS sophista

betekenis & definitie

(gest. na 341) uit Cappadocië geboortig, was leraar in de rhetorica, bekeerde zich tot het Christendom, maar offerde onder de vervolging van Maximianus (303). Hoewel begaafd, kon hij daarom geen kerkelijk ambt meer bekleden.

Als leerling van Lucianus (z Antiocheense school) was hij een zeer gematigd Ariaan (z arianisme en christologie), steunende op de Eusebianen, die sedert 337 openlijk, maar reeds sedert 328, tegen het Nicaenum optraden. Zijn voornaamste werk is het Syntagmation, dat door Athanasius vaak bestreden, door Marcellus van Ancyra (in 355) opzettelijk aangevallen werd en nog tijdens den kerkhistoricus Socrates (gest. na 439) werd gelezen. Hij heeft in de Christologische discussie de term dynamis („kracht”) gebezigd, die ook voor andere hemelwezens werd gebezigd, en toegepast werd op het scheppingswerk. Hiëronymus noemt hem nog in De vir. ill. 94 en schrijft hem „commentaren” op Romeinen, de Evv., de Psalmen „et multa alia” toe. Hij is een van de geestelijke vaders van het zgn. Semi-arianisme.Lit.: Rev. Hist. ecclés. (de Louvain) (1936); S. Bardy, Recherches sur Lucien d’Antioche et son école (1936); Rev. biblique (1935); B. Altaner, Patrologie en Theol. Encycl. en Dogmengesch. s.v.

< >