Groningse gemeente van 2173 ha met (1953) 15975 inw., van wie (1947) 69 pct Prot., 5 pct R.K. en 26 pct andersdenkenden, is op klei, pleistoceenzand en vergraven hoogveen gelegen. De gemeente bevat de stad Winschoten, (1953) 15 535 inw., en de buurten Zuiderveen (120 inw.), Oostereinde (220 inw.) en Winschoterzijl (100 inw.).
De plaats Winschoten heeft het voorkomen van een stad en ontving in 1826 een stedelijke regering, doch werd nooit als stad in het provinciaal bestuur vertegenwoordigd. Zij ligt aan de spoorlijn Harlingen - Nieuweschans. De stad is een winkelcentrum voor het Oldambt en Westerwolde en heeft industrie (steen, chemische producten, metaalwaren, strocarton, meubels, matrassen, cartonnagefabrieken). Zij bezit een fraaie bakstenen kerk uit de 13de eeuw.
Lit.: W. O. F. Wittebol, Onderzoek naar de toekomstige ontwikkeling v. d. gemeente W. (Amsterdam 1950).