secretaris van Philips den Goede van Bourgondië (tussen 1435 en 1444, vermoedelijk voor de dienst in Brabant), rentmeester-generaal van Holland (7 Febr. 1446 - 24 Mei 1451) en raad in de Raad in het Hof van Holland (1446-1463).
Michiels stond ook bij Karel den Stoute tijdens het leven van Philips in hoog aanzien; hij was in 1459 stadhouder van zijn lenen (Putten, Strijen, Arkel, later ook Gooiland e.a. heerlijkheden) en werd in Mei 1462 door Karel tot zijn raad benoemd.
In 1463 viel Michiels bij Philips in ongenade. Hij had in Juni 1463, toen de verhouding tussen den hertog en zijn zoon reeds zeer gespannen was, de steden van Holland bewogen verklaringen te geven, dat zij Karel tot hun „rechten landsheere ende prince” zouden aannemen na de dood van Philips, of eerder, wanneer de hertog dit wilde. Deze verklaringen, op 18 Juli door de steden aan Anth. Michiels overgeleverd, achtte Philips de Goede ontoelaatbaar. Hij ontsloeg Michiels als raad in Holland en liet hem gevangennemen en naar Hesdin vervoeren. Karel wist hem echter door zijn dienaren bij Kortrijk te bevrijden en in veiligheid te brengen. De breuk tussen vader en zoon was door deze gebeurtenissen volledig geworden.
In de volgende maanden werd Michiels in het buitenland op de achtergrond gehouden. In de vergadering van de Generale staten van 9 Jan. 1464 te Brugge was de sympathie van Karel voor Anth. Michiels nog altijd een der voornaamste grieven van Philips. Karel verklaarde zich bereid Anth. Michiels op te offeren en zelfs aan zijn vader uit te leveren, wanneer hij slechts wist, waar hij was. Eerst in 1465, toen Philips niet meer bij machte was zich te doen gelden, keerde Anth.
Michiels terug. Hij werd in Aug. 1465 in het stadhouderschap van de lenen — door zijn schoonzoon Gerrit van Zuylen van Nyevelt tijdelijk waargenomen — hersteld en is volgens een overlevering in dit jaar door Keizer Frederik III in de adeldom verheven. In de Raad van Holland is hij echter niet teruggekeerd. Hij is vermoedelijk kort na 1480 overleden. Zijn nakomelingen dragen de geslachtsnaam Van Eversdijck.
DR P. A. MEILINK
Lit. P. A. Meilink, Holland en het conflict tusschen Philips de Goede en zijn zoon van 1463-’64, Bijdr. Vad. Gesch., V, 130 vlg., VI 49 vlg.
