Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-06-2022

Altona

betekenis & definitie

is een handels- en industriestad in Sleeswijk-Holstein, gelegen op de hoge rechteroever van de Elbe. De stad, waarvan de naam afkomstig is van Alten Au, wordt in 1547 het eerst genoemd en kwam in 1640 met het hertogdom Holstein aan Denemarken.

In 1664 kreeg het stadsrecht en beleefde in de 18de eeuw door handel en scheepsbouw een tijdvak van grote bloei, doch leed evenals Hamburg onder het Napoleontische Continentale Stelsel. In 1866 werd het met de hertogdommen Sleeswijk en Holstein bij Pruisen gevoegd. In 1888 werd het in het tolverband opgenomen en sedert 1901 is er een vrijhaven. Sedert 1929 is de haven van Altona met die van Hamburg en Harburg onder één beheer gebracht. Telde de stad in 1845 nog maar 26 000 inw., sedertdien heeft zij zich aanzienlijk uitgebreid; grenst thans in het O. onmiddellijk aan St Pauli, een voorstad van Hamburg en maakt aldus deel uit van de 1 i millioen zielen tellende agglomeratie Groot-Hamburg. De straten zijn er in het oude gedeelte donker en nauw, in het nieuwe breed en vrij regelmatig. Grosze Elbstrasze en Fischmarkt zijn de centra van het zeemansleven in de oude stad. De met vier rijen linden beplante Palmallée is de voornaamste straat van Altona. In i8gi werd de stad met de omringende plaatsen Ottensen, Övelgönne, Othmarschen en Bahrenfeld vergroot tot bijna 22 km2 oppervlakte, waarvan 6 à 7 km2 door de stad worden ingenomen. Het aantal inw. bedraagt thans ongeveer 245 000, van alle gezindten. Altona is in de eerste plaats een centrum van de zeevisserij en de vishandel, en heeft dan ook een eigen vissersvloot. Voorts is er een deel van de Duitse koopvaardijvloot gedomicilieerd. In het nabijgelegen Övelgönne wonen vooral de loodsen voor de scheepvaart op de beneden-Elbe. De industrie is er (vooral sedert de toetreding van de stad tot het tolverbond in 1888) van betekenis, o.a. grote ijzergieterijen en machinefabrieken, scheepstimmerwerven, vis-, conserven-, sigaren-, margarine-, bier-, behangselpapierindustrie. Belangrijk zijn de visserij en de vishandel. De handel van Altona bestaat voornamelijk uit invoer.Lit.: E. H. Wichmann, Geschichte Altonas, 2. Aufl. (Altona 1896).

< >