Vlaams schrijver (St Jans-Molenbeek bij Brussel 6 Apr. 1866), promoveerde in 1894 in de natuurwetenschappen en werd hoogleraar aan de universiteit te Brussel. In „Van Nu en Straks” publiceerde hij enkele gedichten en critische studiën, o.a. het opstel Rythmus, dat samen met de leidende opstellen Herleving der Vlaamsche Poëzij (Van Langendonck) en De Kunst in de Vrije Gemeenschap (Vermeylen) de synthetische levensbeschouwing vertolkt, die de gemeenschappelijke ideële basis van „Van Nu en Straks” uitmaakt.
Karakteristiek voor het streven van zijn groepsgenoten is zijn drama in verzen Starkadd (Antwerpen 1898), een romantisch, vrij lyrisch stuk in Wagneriaanse toonaard, dat literaire kwaliteiten bezit en nog steeds op het repertoire voorkomt,DR R. F. LISSENS
Lit.: A. Vermeylen, Verzamelde Opstellen, dl I (Bussum 19242); A. Verwey, Stille Toernooien (Amsterdam 1901); M. Rutten, Inl. tot de uitg. van Starkadd, in de Bibl. der Ned. Letteren (Amsterdam-Brussel 1939).