…. en een heterocyclische furfurol. Zij zijn chemisch zeer actief; zij kunnen stoffen adderen als waterstof (onder vorming van primaire alkoholen) en blauwzuur.
Dikwijls worden zij door de zuurstof van de lucht al omgezet in zuren (autoxydatie) en door deze oxydeerbaarheid zijn zij krachtige reductiemiddelen, die bijv. Fehlings proefvocht reduceren en uit een ammoniakale oplossing van zilveroxyde zilver als een spiegel tegen de wand van het vat doen neerslaan. Zij condenseren zich bijv. met hydroxylamine H2NOH waardoor een aldoxim ontstaatMet phenylhydrazine ontstaan phenylhydrazonen, die veelal een scherp smeltpunt hebben en dus gebruikt kunnen worden om het aldehyde te identificeren.
Ook met zichzelf kunnen zij zich condenseren. Zo geeft aceetaldehyde, bij inwerking van bariet, aldol, een vloeistof, die gemakkelijk water verliest en overgaat in crotonaldehyd.
Bij verdere verhitting met loog gaat deze aldolcondensatie verder en vormen zich bruine onoplosbare producten. Vandaar, dat een aldehyde „verharst” bij verhitting met loog. Formaldehyde, benzaldehyde en furfurol geven met loog echter de reactie van Cannizzaro;uit twee moleculen van deze aldehyden ontstaat dan een molecule alkohol en een molecule zuur (of eigenlijk zout).
Aldehyden kunnen ook met zichzelf polymeriseren. Uit het polymerisatieproduct kan men door eenvoudig verhitten (soms met wat zuur) het oorspronkelijke aldehyde weer terugwinnen (z aceetaldehyde).
DR J. VAN ALPHEN.