of aethanal is de tweede term van de homologe reeks der alifatische aidehyden en heeft tot chemische formule CH3COH. Het is een kleurloze, waterheldere, zeer brandbare vloeistof met een spec. gew. van 0,785 bij 15 gr., kokende bij 21 gr. en waarvan de tranenverwekkende dampen een stekende geur hebben.
Het kan door water en natriumamalgaam gemakkelijk worden gereduceerd tot aethylalcohol, waaruit het vroeger steeds werd bereid door oxydatie door middel van kaliumbichromaat en zwavelzuur. Tegenwoordig wordt het op grote schaal gefabriceerd uit acetyleen als tussenproduct bij de synthese van azijnzuur en voor andere meer gecompliceerde verbindingen als aldol en butadieën. Aceetaldehyde vormt gemakkelijk additieproducten, bijv. met cyaanwaterstofzuur (HCN) tot cyaanhydrine, met ammoniak en met natriumhydrosulfiet tot een kenmerkende gekristalliseerde verbinding, die voor quantitatieve bepalingen dient. De sterk reducerende eigenschappen openbaren zich o.m. door de afscheiding van metalliek zilver uit een ammoniakale zilveroplossing (zilverspiegel).Aceetaldehyde kan zich gemakkelijk polymeriseren met een druppel sterk zwavelzuur tot het trimeer paraldehyde (C2H40)3, een vloeistof met een spec. gew. van 0,996 en een kookpunt van 124 gr. C., die toepassing vindt als slaapmiddel of, onder andere omstandigheden tot het eveneens drievoudige polymeer metaldehyde, een vaste stof, vroeger zeer bekend als de witte blokjes vaste brandstof „meta”.