(Utrecht 21 Juli 1857 - Rotterdam 23 Dec. 1925) was als Nederlands schrijfster (zij publiceerde haar werk onder de naam A. S.
C. Wallis) een opmerkelijke figuur van wellicht groter culturele dan zuiver literaire betekenis. Zij debuteerde reeds op jeugdige leeftijd met Prins Willem III en de moord der gebroeders De Witt (1874). Krachtens de aard van dit werk en van haar volgende geschriften behoort zij, ook al is haar oeuvre voor den tijdgenoot van heden niet zonder betekenis, te worden gerekend tot de generatie van vóór 1880. Haar historische romans, als Vorstengunst (1883), beschrijving van het leven aan het hof van Gustaf Wasa, en In dagen van strijd (3 dln, 1876-1877), spelend in de tijd van Alva, doen vaak gezwollen en rhetorisch aan en wemelen van germanismen, doch maakten destijds grote opgang door hun diepe zedelijke ernst, hun dramatische kracht en de uitbeelding van haar figuren. Later werk, als bijv. De koning van een Vreugderijk (1913), staat niet meer op de oude hoogte.Bibl.: Gerda, een Noorschesage (1886) ; Een Zielestrijd (1908); Een liefdesdroom in 1795 (1916). Drama’s: Der Sturz des Hauses Alba; Johann de Witt.