bijgenaamd el-Siddik, de eerste kalief der Arabieren, werd omstreeks 573 te Mekka geboren. Hij was een welgesteld koopman.
Bij het optreden van Mohammed werd hij een van diens eerste aanhangers. Met Mohammed week hij in 622 uit naar Medina; kort vóór deze gebeurtenis had hij zijn dochter Aïsja aan den profeet ten huwelijk gegeven. Na de dood van Mohammed (632) werd hij bij een soort staatsgreep tot leider der jonge Mohammedaanse gemeente gekozen; als zodanig noemde hij zich Chalifat Rasoel Allah (opvolger van den Gezant Gods), vanwaar de titel kalief. Onder Aboe Bekr’s bewind begonnen de grote veroveringen der Arabieren in Mesopotamië en Syrië, nadat het hem eerst gelukt was het grote aantal der onmiddellijk na Mohammeds dood afgevallen stammen weer tot samenwerking te dwingen. De Sji’ieten erkennen dezen eersten kalief niet, omdat door zijn optreden de rechten van den in hun ogen rechtmatigen opvolger van den profeet, nl. Ali, werden geschonden. Aboe Bekr stierf in 634 te Medina.