Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 11-01-2018

Apraxin

betekenis & definitie

Apraxin (Fedor, graaf van), een man van grooten invloed aan het Hof van czaar Peter de Groote, werd geboren in 1671 uit een adellijk Tartaarsch geslacht. Genoemde Keizer verhief hem tot grootadmiraal der Russische vloot, en eigenlijk was Apraxin de schepper der Russische marine. In den oorlog met Zweden overwon hij den Zweedschen generaal Lübeker in Ingermanland, veroverde Wiborg (1710) in Carelië en voerde het bevel op de Zwarte Zee gedurende den oorlog van Karel XII met de Turken.

Bij den aanval op Finland bestuurde hij met goed gevolg deze onderneming van de zeezijde en noodzaakte hierdoor den vijand tot den vrede van Nystadt, die aan Rusland het duurzaam bezit der Oostzeeprovinciën waarborgde. Nadat hij den Czaar op diens eersten krijgstogt tegen de stammen aan de Kaspische zee en tegen de Perzen vergezeld had, overleed hij op den 28sten November 1728. Het strekt hem intusschen niet tot eer, dat hij tot tweemaal toe betrokken is in regtsgedingen wegens verduistering van gelden, en dat hij ook telkens schuldig bevonden werd, zoodat hij de genade van den Czaar tegen een aanzienlijk losgeld koopen moest. Hij was met de hervormingsplannen van Peter de Groote weinig ingenomen, maar stond hem toch als raadsman getrouw ter zijde.

De kleinzoon van Fedor, Stefanus Fedorowitsj, graaf van Apraxin genaamd, streed onder Münnich tegen de Turken, klom weldra tot generaal en was aan het Russische hof een van de ijverigste tegenstanders van de Pruissische party en van den graaf l’Estocq. Bij het begin van den zevenjarigen oorlog had hij als veldmaarschalk het opperbevel over het Russische leger, waarmede keizerin Elisabeth deel nam aan den strijd tegen Frederik de Groote. Tegen het einde van Mei des jaars 1757 deed hij een inval in Pruissen, veroverde Memel, snelde met zijne vernielende benden voorwaarts tot aan Wohlau en behaalde de overwinning bij Groszjägerndorf (30 Augustus 1757). Hoewel deze zegepraal hem den weg opende naar Berlijn, trok hij naar Koerland terug. Daar keizerin Elisabeth in die dagen gevaarlijk ziek was en hij zich overtuigd hield van de sympathie van haren opvolger voor Frederik de Groote, achtte hij het beter, den vijand met verschooning te behandelen. Intusschen oordeelen velen het nog waarschijnlijker, dat die terugtogt het gevolg was van een met Bestusjew beraamd plan, om na Elisaheths dood den grootvorst Paul op haren zetel te plaatsen. Elisabeth herstelde, en Bestusjew werd veroordeeld en verbannen, terwijl Apraxin wegens zijn ontijdigen terugtogt voor den krijgsraad werd gedaagd. Hij overleed echter den 31sten Augustus 1758 in de gevangenis alvorens het vonnis was uitgesproken.