Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Hof

betekenis & definitie

Hof (curtis, curia, aula) noemde men in de middeneeuwen het binnenplein van een kasteel, waar het gevolg van den heer vergaderde, zoodat allengs aan de personen van dat gevolg den naam van het Hof gegeven werd. Tevens werden sommigen der leden van zulk eene hofhouding met bepaalde ambten en bedieningen belast, en zoo kwamen er hofmaarschalken, kamerheeren, schenkers enz., ja, later werden sommigen als ministers met afdeelingen van het regéringsbeleid belast.

In onzen tijd echter zijn het Hof en de regéring van elkander gescheiden.

Een glansrijken en welgeordenden hofstoet hield inzonderheid Lodewijk XIV.

Daar vond men een opperhofmeester, een ceremoniemeester, een opperkamerheer, een opperhofmaarschalk enz. Het volgen der aan het Hof vastgestelde gebruiken — Hof-étiquette — werd vooral gestreng in acht genomen aan het Spaansche Hof tot aan het midden der 17de eeuw, en ook nog in onze dagen hebben slechts weinigen het regt, aan het Hof te worden toegelaten. De Hof-étiquette bloeit in onzen tijd nog weelderig aan de Aziatische Hoven.