Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 14-11-2017

Aberdeen

betekenis & definitie

Aberdeen, is een Schotsch graafschap, dat zich met kaap Kinnaird noordoostwaarts uitstrekt in de Noordzee en op 92 geographische mijlen een paar maal honderdduizend inwoners telt, die zich met katoen- en linnenweverij , met handel, landbouw en visscherij, alsmede met mijnontginning bezig houden. Het land is in het zuidwesten, waar het Grampiangebergte zich met sommige toppen 1400 el verheft, rotsachtig, ruw en boschrijk. De voornaamste rivieren zijn er de Deveron, de Ugie, de Ythan, de Don en de Dee. De hoofdstad van het Graafschap draagt denzelfden naam en bezit 74 000 inwoners.

Zij ligt aan de Don en de Dee en wordt door laatstgenoemde in Oud- en Nieuw-Aberdeen verdeeld, die door eene fraaije brug met een enkelen boog ter wijdte van 44 el verbonden zijn In Oud-Aberdeen vindt men de universiteit (Kings college), in 1493 gesticht. Nieuw-Aberdeen, aan den mond der Dee en aan de Noordzee gelegen, is de zetel van handel en nijverheid. Groote schepen vinden er achter een dam van graniet ter lengte van 750 el eene veilige wijkplaats. Hier bloeijen linnen-, wol- en katoenfabrieken, kousen- en tapijtfabrieken, scheepsbouw enz.; de Clipper en ijzeren schepen van Aberdeen zijn wereldberoemd. Voorts wordt er uit de granietgroeven eene groote massa bekapte blokken naar Londen vervoerd.