Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 14-11-2017

Aardaker

betekenis & definitie

(lathyrus tuberosus). Deze plant, tot de familie der vlinderbloemigen behoorende, groeit ook in ons vaderland op de kleilanden in de provinciën Gelderland, Zuid-Holland, Utrecht, Noordbrabant en Zeeland. Zij draagt hare fraaije, ronde bloemen aan eene vrij lange, gemeenschappelijke bloemsteel, en hare knobbelachtige wortels, aardakers of aardmuizen genaamd, zijn eetbaar. Op het eiland Overflakkee worden zij opzettelijk verbouwd.

Men legt ze bij het poten in rijen in de ploegvoor ter diepte van 4 Ned. duimen en 1 palm van elkaar. Een bunder kan wel 1500 N. pond aardakers opbrengen.

Deze plant is intusschen, als onkruid, voor de landen en gewassen zeer schadelijk. Zij put den grond uit en omklemt de graanhalmen met hare klawieren. In Gelderland worden de aardakers gedolven als het koren van het veld is.