Gepubliceerd op 06-12-2018

ZWEEM

betekenis & definitie

ZWEEM, m. lichte schijn: er is geen zweem van te bespeuren; er ligt geen zweem van schuld op haar gelaat, op haar gelaat leest men niets dan onschuld; geen zweem van oprechtheid, niets dat naar oprechtheid gelijkt of er aan kan doen denken. ZWEEMPJE, o. (-s).