Kiosk
  • Home
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Inloggen

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

Op de hoogte blijven?


  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren
Van Dale 1898

Van Dale 1898

Groot woordenboek der Nederlandsche taal

Gepubliceerd op 02-12-2018

Stug

betekenis & definitie

Stug - bn. bw. (-ger, -st), onbuigzaam: stug leer;

— stug hout, dat zich moeilijk laat bewerken;
— (fig.) onvriendelijk: hij heeft een stuggen aard, een stug karakter;
— dat staat me stug aan, dat bevalt mij niet;
— de handel was stug, niet willig. STUGHEID, v. stijfheid; strengheid; onvriendelijkheid.

Gerelateerd

  • Alles over Stug
  • Synoniemen van Stug
  • Spreekwoorden met Stug
  • Lukraak woord

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

Op de hoogte blijven?


  • Home
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Inloggen
  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren
© 2022 Ensie

Inloggen

Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.

Ik ben mijn wachtwoord vergeten